Doel 7.3.3 Vitaliteit en gezondheid
We sturen op vitaliteit en gezondheid van mens, dier èn de omgeving waarin we wonen, werken en recreëren |
---|
Beschrijving
Een gezonde leefomgeving is een expliciete doelstelling in de Omgevingswet. Gezondheidswinst kun je boeken door niet alleen in te zetten op bescherming (klassiek milieubeleid), maar ook op het bevorderen van gezondheid, zowel in fysieke als mentale zin. Een gezonde leefomgeving is een omgeving die mensen uitnodigt om te bewegen, elkaar te ontmoeten en te kunnen participeren in de maatschappij c.q. stad of wijk. In ieder stadsdeel streven we naar een fysiek en sociaal zo aantrekkelijk mogelijke omgeving. Gezondheid is belangrijk (zie ook doel 1.1.2). Consequenties van niet gezond zijn hebben invloed op betrokkene en op onze stad. Met de inrichting en het beheer van de openbare ruimte sturen we op vitaliteit en gezondheid. Vanuit het voorkomen en beperken van risico’s voor de gezondheid zorgen we voor een adequate verwijdering van mogelijke ziekteverwekkers, zodat mensen daar zo min mogelijk mee in aanraking komen. Er is flora en fauna die schadelijk voor de mens kan zijn of leidt tot buitensporige overlast. We bestrijden deze flora en fauna in de openbare ruimte en informeren particulieren hoe ze overlast kunnen voorkomen en bestrijden. Vanuit het stimuleren van gezondheid door een vitale en gezonde leefomgeving, benutten we het gegeven dat een groene buitenruimte bijdraagt aan gezondheid. Daarbij zorgen wij er voor dat de buitenruimte uitnodigt om te bewegen, te recreëren en te spelen. Het belang hiervan is het afgelopen jaar door alle coronamaatregelen duidelijk geweest . In de buitenruimte bieden we ook locaties aan waar bewoners zelf hun groente kunnen verbouwen (nutstuinen en volkstuinen). Kinderen kunnen met tuinieren kennismaken bij de 3 gemeentelijke jeugdtuincomplexen. Deze jeugdtuinen zijn één van de uitingen van natuur- en milieueducatie (NME). Ook de schaapskudde en de buurt- en wijkboerderijen spelen een grote rol bij NME. Wij hechten veel waarde aan NME. Onderzoek heeft aangetoond dat wanneer kinderen op jonge leeftijd in aanraking komen met NME zij op latere leeftijd meer bereid zijn om duurzame maatregelen te treffen en duurzaam gedrag te vertonen. Dit draagt direct bij aan een vitale en gezonde leefomgeving. Wij werken aan een optimaal welzijn voor (gezelschaps)dieren. Dat betekent onder meer dat wij de bestaande voorzieningen zoals dierenasiel en hondenlosloopgebieden handhaven, maar ook dat we nieuwe initiatieven stimuleren en ondersteunen in lijn met de toenemende maatschappelijke aandacht voor dierenwelzijn. In 2022 gaan we verder met het uitvoeren van het geactualiseerde beleidskader dierenwelzijn, waartoe de speerpunten Completering Dierenopvang, PIEC (preventie, informatie, educatie, communicatie), Dierenwelzijn-Mensenwelzijn (inclusief een pilotproject in 2022), en Hondenbeleid behoren. De inzet van de beleidsadviseur beogen we structureel te verhogen van 14 naar 20 uur per week om de coördinatie van de activiteiten te borgen, synergie tussen de partijen te bewerkstelligen, en de visie - die ons hopelijk al in 2021 de prijs voor Diervriendelijkste Gemeente oplevert - te blijven bewaken en aanscherpen. |
---|
Criteria
We sturen op vitaliteit en gezondheid van mens, dier én de omgeving waarin we wonen, werken en recreëren, zodanig dat:
|
---|
Portefeuillehouder(s)
Monique Schuttenbeld |
---|
Arjan Spaans |
Afwijkingen op activiteiten Berap 2022-2
Eikenprocessierups | Aanvullende uitgaven | 180000 |
---|---|---|
Voor 2022 gaan we er vanuit dat de intensiteit van de het aantal rupsen afneemt ten opzichte van 2020 en 2021. In 2022 willen we de bestrijding net zo aanpakken als in 2020 en 2021. Het grootste deel van de beheersing zetten we in op voorkoming van de jeukende brandharen en voorkoming van het ontpoppen van de rups dan wel het doorbreken van de levenscyclus van eitje-rups-vlinder. Dit doen we door actief te zuigen in de aangewezen aandachtsgebieden. Door routes te creëren, zuigen we op die plekken al rupsen weg voordat ze brandharen hebben. Het zwaartepunt van de bestrijding vindt plaats voordat de vlinders uitvliegen met het effect dat deze ook geen nieuwe eipakketten kunnen afzetten voor nieuwe rupsen. Niet op alle locaties is het mogelijk om te bestrijden. Er is een keuze gemaakt op locatie, doelgroep en gebruiksdruk waar bestrijding wordt ingezet. Communicatie wordt ingezet om de aanpak aan de inwoners uit te leggen. Voor de bestrijding is een bedrag nodig van € 180.000. |